Apotheker Lebbink maakt medicijnen voor patiënten, niet voor winsten

10/4/2024 - Interview

Paul Lebbink maakt vanuit zijn apotheek in de Transvaalbuurt in Den Haag zelf geneesmiddelen. Zo vangt hij drie vliegen in één klap: zijn patiënten ontvangen de juiste zorg, hij stelt de hoge prijzen van de industrie ter discussie en hij kan een oplossing bieden bij medicijntekorten. Hoe vecht een Haagse apotheker tegen de macht van de farmaceutische industrie? “Er is niks mis met geld verdienen, maar wel als dat over de rug van anderen gaat. Ik streef naar een ideale wereld, waarin we de lusten en lasten eerlijk met elkaar verdelen.”

Pionieren als apotheker in de verfindustrie

Het verhaal van Paul Lebbink als pionier in de apothekerswereld begint in 1996. Niet uit idealisme om de farmaceutische industrie tegen te werken, maar om het leven van een kind te redden. Het kind miste een enzym, waardoor er te veel ammoniak in zijn lichaam ontstond. Dit leidde tot een levensgevaarlijke situatie. Een kinderarts benaderde Paul met een opvallende vraag: of hij mee wilde denken over het verwerken van carbamylglutamaat (de chemische variant van het missende enzym) in een medicijn.

Lebbink: “Die arts (red: ondertussen gepensioneerd kinderarts Hans de Klerk) had zo duidelijk voor ogen wat het probleem was, dat hij ook heel goed wist wat de oplossing moest zijn. Als apotheker ben ik er om medicatie ter beschikking te stellen, dus ik ging aan de slag met deze vraag. Ik kon de stof niet bij mijn leveranciers krijgen, maar kwam hem in de verfindustrie wel tegen. Ik kocht het, testte het en verwerkte het in een capsule.” De kinderarts had het goed gezien: de stikstofcyclus werd hersteld en het jongetje werd spectaculair snel gezond. “En nu is de cirkel helemaal rond: dat jongetje is inmiddels een jongvolwassen, gezonde man en heeft onlangs zijn eigen winkel geopend, een paar straten van onze apotheek!”

Medicijnen maken voor patiënten, niet voor winsten

Ook al begon Lebbink niet uit idealisme zelf medicijnen te produceren, het zorgde er wel voor dat hij steeds meer inzag wat er mis is in de wereld van geneesmiddelen. “Als apotheker maak je doelmatig gebruik van de industrie. De farma-industrie kan efficiënter, en dus veelal goedkoper, medicijnen maken door de schaalgrootte. Maar wij apothekers leveren maatwerk. We hebben onze productie-afdeling uitgebreid zodat we medicatie kunnen ontwikkelen die er niet is, maar waaraan wel behoefte is. Wij krijgen de patiënten aan onze balie, we zien ze, we kennen ze. Daarom willen we altijd ons best voor ze doen. De industrie gaat pas iets maken als ze winst verwachten.”

Maar dat is niet het enige waar Lebbink zich over verwondert. Door medicijnen zelf te produceren, is hij zich ook meer bewust van de kostprijs van de meeste geneesmiddelen. En dus ziet hij als geen ander hoe absurd hoog sommige prijzen zijn die de industrie voor bepaalde geneesmiddelen vraagt. “Er is niks mis met geld verdienen, maar zoveel geld verdienen aan de gezondheid van anderen is fout. Ik streef naar een ideale wereld, waarin we de lusten en de lasten eerlijk met elkaar verdelen.”

Farma zet winst boven gezondheid, de rechter gezondheid boven winst

Terug naar het medicijn voor het Haagse jongetje. Dit noemen we een weesgeneesmiddel: een medicijn voor een zeldzame, vaak ernstige aandoening. In 2004 bracht een Belgische farmaceut een vergelijkbaar medicijn op de markt. Lebbink zou het vanaf dat moment bij hen kunnen afnemen. “Dit was ik ook van plan. Want dat scheelt ons tijd en geld. Totdat ik de prijs hoorde. Die lag 50 keer hoger dan onze prijs! Bij ons kostte het 3.000 gulden per jaar, zij vroegen 1,5 ton. Dit was voor mij de druppel. Ik heb gevraagd waar die hoge prijs vandaan kwam. Maar antwoord kwam er nooit. Ik ben natuurlijk zelf blijven produceren.”

Lebbink vertelt dat er rondom het maken van medicijnen verschillende regels gelden voor apotheken en grotere fabrikanten. De industrie moet met wetenschappelijk onderzoek aantonen dat het geneesmiddel veilig en goed werkt. Ze hebben vergunningen nodig. Maar volgens hem verklaart dit absoluut niet altijd het enorme prijsverschil. “Daar zit soms een belachelijke winstmarge bij.”

De Belgische producent liet het er niet bij zitten en spande een rechtszaak aan tegen Lebbink. “Dat steekt. Ik doe mijn best, red het leven van een patiënt en word vervolgens door een concurrent ter verantwoording geroepen. Gelukkig werd ik direct juridisch ondersteund door de KNMP, de beroepsvereniging voor apothekers.” Met resultaat. De rechter oordeelde dat apothekers mogen maken wat ze willen, mits het voor eigen patiënten is. Dit geldt ook voor gepatenteerde geneesmiddelen. Die uitspraak is heel belangrijk, nog regelmatig verwijst hij ernaar in conflicten met de industrie.

Ingrijpen om giftige cocktail tegen te gaan

Lebbink wijt de huidige problemen in de geneesmiddelvoorziening (de vele tekorten, maar ook sommige absurd hoge prijzen) aan de marktwerking in de zorg. Hij pleit voor ingrijpen van de overheid. “De overheid denkt dat vraag en aanbod elkaar in evenwicht houden, maar dat is niet zo. Vraag en aanbod zijn oneindig groot, geld daarentegen is eindig. Zorg kost steeds meer geld, zorgverzekeraars zijn uit op winst en zijn dus ook niet altijd solidair. Sommige farmaceuten kunnen vragen voor medicijnen wat ze willen, andere farmaceuten moeten stoppen omdat ze met verlies moeten leveren. Er is echt een andere manier van denken nodig om deze giftige cocktail tegen te gaan. Dat begint bij moeilijke keuzes die de overheid moet maken. Regels opleggen rondom de prijs van medicijnen, is een belangrijke eerste stap.”

Ook als samenleving moeten we anders gaan kijken naar het zorgvraagstuk, volgens Lebbink. “Ik ben blij dat ik zorgpremie betaal als gezond mens, zodat ik andere mensen kan helpen. Ooit zal ik de zorg nodig hebben en maak ik gebruik van andermans premies. Dat is solidariteit.”

Zolang Paul Lebbink zijn patiënten kan helpen met het produceren van medicijnen, zal hij het doen. Zolang het delen van zijn verhaal zorgt voor meer aandacht voor dit belangrijke onderwerp, zal hij dat ook blijven doen.

Dit interview is onderdeel van onze campagne ‘Gezondheid boven geld: medicijnen voor iedereen’.

Ontvang onze nieuwsbrief

  • instagram
  • linkedin
  • youtube