Werken aan eerlijkere mondiale financiering is een effectieve manier om het financieringstekort voor gezondheid te dichten. Het aanstaande regeerakkoord biedt een uitgelezen kans voor Nederland om hieraan bij te dragen, stelt Mariska Meurs.
De Verenigde Naties onderhandelden recent over een internationaal belastingverdrag en de G20 over oplossingen voor de schuldencrisis. Je verwacht het misschien niet, maar dat heeft invloed op onze gezondheid en veiligheid. Door belastingontduiking en schuldaflossing hebben veel landen onvoldoende budget voor publieke diensten zoals gezondheidszorg. De Nederlandse overheid moet daarom aansturen op een eerlijk internationaal systeem van belastingen en omgang met schulden.
Overal ter wereld staan overheden voor grote opgaven. Zij moeten niet alleen investeren in basisgezondheidszorg en het voorkomen van nieuwe epidemieën, maar bijvoorbeeld ook in het opvangen van de gevolgen van klimaatverandering, het vergroenen van de economie en de kwaliteit van onderwijs. Daarvoor is veel geld nodig.
Niet veel te verdienen
Overheden kijken graag naar de private sector voor meer investeringen in klimaat en gezondheid. Best bijzonder, aangezien de meeste private investeerders streven naar winstmaximalisatie en dat doel meestal niet verenigbaar is met gezondheidsdoelen. Aan het voorkómen van ziektes en aan basiszorg voor lage-inkomensgroepen valt nu eenmaal niet veel te verdienen. Daarom is het belangrijk dat er meer publieke middelen beschikbaar komen. Dat geldt voor Nederland, maar zeker ook voor lage-inkomenslanden.
Je komt er dan niet onderuit te kijken naar mondiaal financieel bestuur. Het huidige systeem zorgt ervoor dat overheden veel geld verliezen door het ontbreken van transparante, eerlijke afspraken rond belastingen en door de ineffectieve omgang met schulden.
Tax Justice Network berekende dat overheden jaarlijks 492 miljard dollar aan belastinginkomsten mislopen doordat multinationals hun winsten wegsluizen naar belastingparadijzen en rijke individuen hun vermogen verbergen voor belastingautoriteiten. Ook Nederland verliest hierdoor veel geld: jaarlijks 10 miljard dollar. Hoewel hoge-inkomenslanden grotere bedragen mislopen, is het verlies voor lage-inkomenslanden een veel groter deel van hun begroting. In Mozambique bijvoorbeeld, bedroeg het verlies in 2022 wel 27 procent van de overheidsuitgaven aan gezondheid.
Daarnaast belemmert de schuldencrisis veel overheden om meer te investeren in publieke diensten. VN-organisatie voor handel en ontwikkeling UNCTAD laat zien dat 3,4 miljard mensen (42 procent van de wereldbevolking!) in een land wonen dat meer uitgeeft aan rentebetalingen op schulden dan aan gezondheid en onderwijs. En de situatie verslechtert: de helft van alle ontwikkelingslanden besteedt minimaal 8,6 procent van de overheidsinkomsten aan rente en aflossingen van buitenlandse schulden. Dat is bijna twee keer zoveel als in 2010.
Afspraken schieten tekort
Om de huidige impasse te doorbreken zijn daadkrachtige internationale afspraken nodig over belastingen en de omgang met schulden. Rondom belastingen heeft de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso) stappen gezet, maar deze schieten tekort. Daarom is het hoopvol dat er nu in VN-verband onderhandeld wordt over een VN-belastingverdrag. Tijdens de derde onderhandelingssessie hierover eerder deze maand in Nairobi (Kenia), toonden rijke landen echter weinig politieke wil om progressieve voorstellen te steunen, zoals het eerlijker belasten van zeer vermogende particulieren, meer transparantie en het beëindigen van belastingparadijzen.
Overheden zouden er daarnaast goed aan doen om ook in VN-verband te werken aan afspraken om de schuldencrisis op te lossen. De huidige aanpak wordt gedomineerd door het Internationaal Monetair Fonds en de G20, waarin rijke landen het voor het zeggen
hebben. Deze landen hebben er belang bij dat schulden zoveel mogelijk worden afbetaald en hebben weinig oog voor hun aandeel in het ontstaan van hopeloze vicieuze cirkels.
Samen met andere maatschappelijke organisaties roept Wemos op om een VN-schuldenverdrag (UN Framework Convention on Sovereign Debt) te ontwikkelen. Dit zou heldere afspraken moeten bevatten over eerlijke en transparante herstructurering en kwijtschelding van schulden, zodat landen de Duurzame Ontwikkelingsdoelen kunnen behalen. Ook zijn er afspraken nodig over verantwoord lenen en uitlenen, het automatisch pauzeren van schuldaflossingen en rentebetalingen tijdens crisissituaties en een mondiaal schuldenregister voor meer transparantie.
Weinig resultaat
Voorzitter Zuid-Afrika had het onderwerp schulden prominent op de agenda gezet van de G20-top eind november in Johannesburg. Helaas met weinig resultaat. Dit wijst er wederom op dat een oplossing voor de schuldenproblematiek niet bij de G20 gezocht moet worden, maar bij de VN.
Werken aan eerlijkere mondiale financiering is een effectieve manier om het financieringstekort voor gezondheid en andere essentiële publieke voorzieningen te dichten. Dat draagt bij mondiale stabiliteit en onze eigen veiligheid en gezondheid. Het aanstaande regeerakkoord biedt dan ook een uitgelezen kans voor Nederland om hieraan bij te dragen, door steun uit te spreken voor een progressieve tekst in het VN-belastingverdrag en voor de oproepen van landen uit het mondiale Zuiden voor een VN-Schuldenverdrag.